Na een moeizaam ontwerpproces wordt in 1957 het derde ontwerp voor dit gebouw goedgekeurd en gaat eindelijk de spade de grond in. Eerdere ontwerpen waren in de la verdwenen omdat men de handen er niet voor op elkaar kreeg of omdat ze achterhaald werden door steeds wijzigende prognoses van het aantal studenten. Na het eerste ontwerp van Bedaux, dat nog een traditionalistisch karakter had, werd, vooral op instigatie van de Gemeente Tilburg, een man met meer ervaring in grootschalige bouwwerken naast Bedaux gezet. Samen met architect Jan van der Laan wordt het ontwerp van Bedaux na 1957 verder uitgewerkt en gebouwd.
Dit ontwerp is zonder twijfel Bedaux’s mooiste werk. Indrukwekkende plattegronden, schitterende gevels en een prachtige ligging in het grotendeels behouden gebleven groen van de uitlopers van de Warande. En nog steeds een prachtig gebouw. Binnen ziet alles er in grote lijnen uit zoals vroeger, het langzamerhand binnengeslopen meubilair verstoort enigszins de serene rust.
Boven zijn de ruimten achter het balkon van de aula en bij de koffiekamer van de professoren vol gebouwd. Deze bouwsels doen wel afbreuk aan de helderheid van de gangenstructuur. Maar in grote lijnen ziet het gebouw er nog redelijk uit en zal het weer veel van zijn oude uitstraling terug krijgen na een grondige renovatie die komend jaar gaat plaatsvinden. Het feit dat het College van Bestuur zelf het initiatief genomen heeft om het gebouw met succes op de gemeentelijke monumentenlijst te zetten toont aan dat men de kwaliteit van het gebouw hoog in het vaandel heeft staan.
Er valt nog volop te genieten in dit gebouw. De prachtige patio’s, de trappenhal, de gangen die zich op diverse plekken verbreden tot sfeervolle ontmoetingsplekken, verzorgde collegezalen en dan ook als letterlijk hoogtepunt de aula, die iets boven de rest van de daken uitsteekt en zo het daglicht laat strijken over de schoonmetselwerk wanden binnen. De buitenkant is een wandeling er omheen waard. De muschelkalksteen ziet er na bijna vijftig jaar nog even fris uit en hetzelfde geldt voor de stalen kolommen in de zuidgevel. De grijze platen van de muschelkalk moeten op de tekentafel uitgetekend zijn getuige de schuine voegen die op enkele plaatsen voorkomen. Indrukwekkend is ook de plaatsing van de ramen in de gevel en het glas rond de tweede patio, waarbij de Noorse lei van binnen naar buiten doorloopt en het glas niet in een kozijn verwerkt is. Een modern gebouw maar ingetogen in zijn sfeer. Het staat zoals gezegd op de gemeentelijke monumentenlijst en wordt nu Cobbenhagen-gebouw genoemd en is het hoofdgebouw van de Universiteit. Hopelijk worden de ramen, die bij eerdere renovaties zeer forse omrandingen kregen, met de komende renovatie weer in de oude proporties terug gebracht en kan de trafo, die slordig in de hoek van de eerste patio staat is, een minder opvallende plaats krijgen.